Samenvatting

Problemen van ouders zijn ook een probleem voor kinderen

Elk kind heeft ouders of verzorgers. Bij de ouders en in het gezin ligt de basis voor een gezonde ontwikkeling van kinderen. Ruim vier op de tien ouders ervaart zorgen of problemen die betrekking hebben op de gezinssituatie. Deze ouders hebben op een of meerdere levensdomeinen problemen. Bijvoorbeeld op het gebied van wonen, (mentale) gezondheid of schulden, of omdat zij niet beschikken over een sterk sociaal netwerk.

Ook als er maar één probleem is, is de context waarin kinderen opgroeien (tijdelijk) kwetsbaar. Dan lopen kinderen het risico ook zelf problemen te ontwikkelen. Zo groeien ruim 671.000 kinderen op met ten minste één ouder met een psychische aandoening, wonen veel gezinnen in een te krap huis, groeien bijna 210.000 kinderen op in een huishouden dat een inkomen onder de lage-inkomensgrens heeft en beschikken lang niet alle ouders over een sterk sociaal netwerk. Kinderen van deze ouders lopen een verhoogd risico op het zelf ontwikkelen van problemen. Deze kinderen doen vaker een beroep op jeugdhulp dan kinderen die opgroeien in een gezin waarin deze problemen niet spelen. Jeugdhulp is in deze situaties niet altijd het meest passende antwoord op overigens reële problemen: de oorzaak ligt op andere domeinen.

De Raad gaat in dit advies in op de vraag hoe hulp vanuit andere invalshoeken dan jeugdhulp kan bijdragen aan het gezond en veilig opgroeien van een nieuwe generatie, ook als kinderen nog niet kampen met problemen die om de inzet van jeugdhulp vragen. Hierbij kijkt de Raad in het bijzonder naar de zogenoemde ouderdomeinen, zoals wonen, financiën en gezondheid, en naar de eigenstandige rol die deze domeinen kunnen spelen in het versterken van de context waarin kinderen opgroeien en het vergroten van het welzijn van kinderen. Hoewel ouders in deze domeinen centraal staan, hebben de besluiten die in deze domeinen worden genomen grote impact op het welzijn en de ontwikkeling van kinderen.

Daarnaast gaat de Raad in op de vraag hoe informele netwerken kunnen worden geactiveerd, versterkt en benut om bij te dragen aan het versterken van het alledaagse leven. Stevige sociale netwerken van ouders kunnen zorgen voor een stabiele context voor kinderen om in op te groeien. Steeds vaker wordt het belang en de kracht van deze netwerken benadrukt en wordt van ouders gevraagd deze netwerken actief in te zetten als zij tegen problemen aanlopen. Maar niet iedereen heeft een sterk sociaal netwerk. Wat is er nodig om sociale netwerken en informele steunsystemen te verstevigen?

Borgen van belangen van kinderen

Nederland heeft de verantwoordelijkheid om de rechten van kinderen te borgen. In het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) zijn vier algemene beginselen opgenomen, waarvan het Belang van het kind er een is. Dit betekent dat het belang van het kind altijd voorop moet staan bij alle maatregelen die kinderen betreffen. Het gaan om wetten, beleid en procedures die kinderen direct raken, bijvoorbeeld in de jeugdhulp of het onderwijs, maar ook om wetten, beleid en procedures die kinderen indirect raken, zoals wet- en regelgeving op ouderdomeinen.

Kind op ouderdomeinen onvoldoende in beeld

In het generieke beleid op ouderdomeinen spelen de belangen van kinderen niet tot nauwelijks een rol. De focus is primair gericht op de situatie van de ouder. Het feit dat er kinderen opgroeien in het gezin en de omstandigheden rondom die kinderen wordt onvoldoende in beeld gebracht bij belangrijke beslissingen.

  • Als ouders te maken hebben met schulden, wordt bij het bepalen van het bedrag dat over moet blijven om in de kosten van het levensonderhoud te voorzien (de beslagvrije voet) alleen rekening gehouden met het feit dat er kinderen zijn, maar niet hoeveel kinderen er zijn of hoe oud zij zijn. En als ouders in aanmerking willen komen voor schuldhulpverlening, speelt het feit dat er thuis kinderen opgroeien geen rol in hoe snel de curatiefase start.
  • Op het gebied van wonen is een vergelijkbaar patroon zichtbaar. Als gezinnen te maken hebben met een (zeer) instabiele woonsituatie of in een huis wonen dat niet passend (meer) is, wegen de belangen van kinderen niet tot nauwelijks mee. De aanwezigheid van kinderen speelt geen rol in de toewijzing van sociale huurwoningen en de doorstroom. Bovendien kunnen gezinnen een grotere woning vaak niet betalen, omdat de huursprong, mede vanwege de ‘aftoppingsgrens’, te groot is.
  • In de volwassenen-ggz wordt de Kindcheck nog onvoldoende systematisch toegepast. Ook is de aandacht voor de ontwikkeling van kinderen niet systematisch geborgd tijdens de behandeling en/of begeleiding van de ouder.
  • De consequenties van beslissingen die op ouderdomeinen worden genomen rondom schulden, ggz-problematiek of wonen zijn dagelijks voor veel kinderen voelbaar en hebben impact op hun ontwikkeling.

We repareren in plaats van dat we problemen voorkómen

Wel wordt het belang en het welzijn van kinderen meestal meegewogen als de situatie escaleert, bijvoorbeeld bij dreigende dakloosheid, als het echt niet meer lukt om in de noodzakelijke kosten van het levensonderhoud van kinderen te voorzien of als ggz-problematiek van de ouder(s) escaleert. De Raad noemt dit ‘reparatiemaatregelen’. Pas als het water aan de lippen staat, wordt er rekening gehouden met de belangen en het welzijn van kinderen. Terwijl deze situaties juist voorkomen moeten worden door de belangen van kinderen in het generieke beleid te borgen.

Beleid richt zich onvoldoende op het versterken van sociale netwerken

Sociale netwerken zijn belangrijk voor alle ouders en vormen bovendien een vangnet bij problemen. Stevige sociale netwerken van ouders zijn ook belangrijk voor kinderen. Echter, kwetsbare groepen beschikken over het minste sociaal kapitaal, in al zijn vormen. De Raad signaleert dat het aanboren en mobiliseren van het bestaande sociaal kapitaal van mensen met een hulpvraag steeds meer aandacht krijgt vanuit beleid en hulpverlening. Echter, er wordt maar beperkt ingezet op het structureel creëren of versterken van sociaal kapitaal. Aangezien niet iedereen over een sterk sociaal netwerk beschikt, pleit de Raad voor het versterken van sociaal kapitaal.

Wat moet er anders – advies en aanbevelingen

Als we willen dat meer kinderen gezond en veilig opgroeien, moeten we meer én expliciet oog hebben voor de belangen van kinderen. Dat is geen zaak van professionals in het jeugddomein alleen. De Raad bepleit het volgende als het gaat om het versterken van de context waarin kinderen opgroeien via institutionele structuren:

1. Borg de rechten en belangen van kinderen in wetgeving en beleid.

In het IVRK (art. 3) is vastgelegd dat bij alle maatregelen en besluiten die kinderen treffen, het belang van het kind voorop moet staan. Draag als kabinet zorg voor het daadwerkelijk, volledig en structureel borgen van de rechten en belangen van kinderen in relevante wetgeving en nationaal beleid. Doe dit in ieder geval op domeinen waarvan bekend is dat als ouders problemen op deze domeinen hebben, kinderen een verhoogde kans hebben op het ook zelf ontwikkelen van problemen: inkomen, wonen, gezondheid, relaties en het justitieel domein. Op steeds meer domeinen zijn taken en verantwoordelijkheden gedecentraliseerd en hebben gemeenten beleidsvrijheid. Denk onder meer aan de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en de Participatiewet. Draag ook als decentrale overheden zorg voor het daadwerkelijk en structureel borgen van de rechten van kinderen in decentraal beleid.

2. Breng de impact van wet- en regelgeving op kinderen consequent in beeld met een Kinderrechtentoets.

Draag als rijk zorg voor de ontwikkeling en invoering van een Kinderrechtentoets. Daarmee wordt de impact van nieuwe wetgeving en nationaal of decentraal beleid op de rechten van kinderen consequent en eenduidig in beeld gebracht. De Raad adviseert een waardegedreven insteek, waarin de ambitie en de noodzaak om kinderen gezond en veilig te laten opgroeien en hun welzijn te borgen vooropstaat. Benut hiervoor de expertise van (o.a.) de Kinderombudsman. Voer deze toets met terugwerkende kracht uit op wetgeving en op nationaal en decentraal beleid, zodat een eenmalige inhaalslag wordt gemaakt. Vraag de Kinderombudsman, conform artikel 11b, lid 2b van de Wet Nationale ombudsman, om advies over welke wetgeving en welk (de)centraal beleid met prioriteit vragen om toetsing of een Kinderrechtenschouw met terugwerkende kracht.

3. Borg de belangen van kinderen in de taakinvulling en taakuitvoering van organisaties in het veld

Borg als uitvoerende organisaties de belangen van kinderen in de uitvoering van de eigen (wettelijke) taken. Kijk hierbij in het bijzonder naar de aspecten in de uitvoering die effect (kunnen) hebben op het welzijn van kinderen. Check altijd of er opgroeiende kinderen in het gezin of huishouden wonen, verdiep je in de situatie, breng de belangen van kinderen consequent in beeld en weeg belangen van kinderen consequent mee, waarbij het belang van het kind in beginsel voorop staat.

De context waarin kinderen opgroeien kan daarnaast worden versterkt via informele structuren: het versterken van sociale netwerken. Daartoe bepleit de Raad:

4. Pak een actief terughoudende rol in het versterken van sociaal kapitaal en maak structurele financiering vrij voor opbouwwerk.

Dit betekent dat er actief wordt ingezet op het versterken van bestaande informele structuren en het begeleiden van een gelijkwaardige samenwerking tussen formele en informele steunstructuren. En dat gemeenten terughoudend zijn in het zelf ontwikkelen van nieuwe informele netwerken of het ‘overnemen’ van deze initiatieven. Op deze manier ontstaat een gelijkwaardige relatie tussen gemeenten, welzijnspartijen en andere formele en informele spelers. Gemeenten faciliteren en financieren naast initiatieven voor hulp, ook initiatieven die bijdragen aan gemeenschapsvorming. Tegelijkertijd wordt via het Gemeentefonds structurele financiering vrijgemaakt voor opbouwwerk.

5. Ontwikkel een actieve strategie voor het stimuleren van cross-linking practices

Het rijk en gemeenten stimuleren de ontwikkeling van groepsgewijze hulpverlening en zetten in op cross-linking practices. Hiervan is sprake als publieke organisaties en hun professionals hun reguliere taakopvatting zo invullen dat ze de kans vergroten om sociale netwerken van de mensen voor wie ze werken, in dit specifieke geval gezinnen, te versterken. Zo worden contactmomenten met hulpverlener, met professional of met elkaar benut om sociaal kapitaal te verstevigen. Dit vraagt om een radicale omslag in het denken over hulp- en dienstverlening. Zorg ervoor dat groepsgewijze hulpverlening beter mogelijk wordt gemaakt door deze vorm van hulpverlening een volwaardige plek te geven in de financieringssystematiek en door groepsgewijze hulpverlening actief te bevorderen.

Tot slot

Als het lukt om het alledaagse leven van gezinnen te versterken, helpen we voorkómen dat kinderen in de knel komen te zitten en zelf problemen ontwikkelen. Hiervoor moeten we allereerst buiten de jeugdhulp zijn. Meer oog hebben voor kinderen, écht borgen van hun belangen op ouderdomeinen én versterken van informele netwerken van ouders leidt tot een sterke context om gezond en veilig in op te groeien.

Bronnen

  1. Rijksoverheid (2023). Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028.

  2. Spijk-de Jonge, M., Lange, M. de, Serra, M., Steege, M. van der & Dijkshoorn, P. (2022) ‘Betrek mij gewoon!’ Op zoek naar verbeterkansen voor de jeugdhulp in het casusonderzoek Ketenbreed Leren. Ketenbreed leren, pp. 35-36.

    Inspectie JenV (2023). Het kind van de rekening Den Haag: Inspectie Justitie en Veiligheid.

  3. Bronfenbrenner, U. (1994). ‘Ecological models of human development.’ In: International Encyclopedia of Education, Vol. 3, 2nd. Oxford: Elsevier.

  4. Rooseboom, T. (2023). De eerste 1000 dagen. Het fundamentele belang van een goed begin uit biologisch, medisch en maatschappelijk perspectief. Amsterdam: Tijdstroom.

  5. Zie o.a.: Gemengde interdepartementale werkgroep (1974). Jeugdwelzijn, op weg naar een samenhangend beleid. Den Haag: Staatsuitgeverij.

  6. Committee on the Rights of the Child (16 february 2022). Concluding observations on the combined fifth and sixth periodic reports of the Netherlands. CRC/C/NLD/CO/5-6. Verkregen via: https://www.unicef.nl/files/Aanbevelingen-KRComite-2022.pdf, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  7. Kinderombudsman (2021). Nederland - Rapportage aan het VN-Kinderrechtencomité. Den Haag: Kinderombudsman.

  8. Dahlgren, G. & Whitehead, M. (1991). Policies and strategies to promote social equity in health. Stockholm: Institute for Futures Studies.

  9. Hoex, J., Vlaardingerbroek, S., Balledux, M., Speentjes, P. & Vink, C. (2022). Opgroeien doe je samen. Bouwen aan een stevige pedagogische basis. Utrecht: NJI.

  10. Goudena, P.P. (1994). Ontwikkelingsopgaven en opvoedingsopgaven. In: Rispens, J., Goudena, P.P. & Groenendaal J.J.M. (red.), Preventie van psychosociale problemen bij kinderen en jeugdigen. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

  11. Gesprek tijdens het moederontbijt in Amsterdam.

  12. De Klerk, M., Eggink, E., Plaisier, I. & Sadiraj, K. (2023). Zicht op zorgen. Kerncijfers over de problemen, hulpbronnen, leefsituatie en ondersteuning van mensen in het sociaal domein. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  13. Zie o.a. Crumé, H.J., Nurius, P.S. & Fleming, C.M. (2019). ‘Cumulative adversity profiles among youth experiencing housing and parental care instability.’ In: Children and Youth Services Review, 100, pp. 129-135.

  14. De Klerk, M., Eggink, E., Plaisier, I. & Sadiraj, K. (2023). Zicht op zorgen. Kerncijfers over de problemen, hulpbronnen, leefsituatie en ondersteuning van mensen in het sociaal domein. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  15. Sparkey, P. (2008). ‘The Intergenerational Transmission of Context.’ In: American Journal of Sociology, 113 (4).

  16. Dorsselaer, S. van, Ramaker, V., Gee, A. de & Have, M. ten (2023). KOPP/KOV: feiten en cijfers. Landelijke omvang KOPP/KOV-groep. Utrecht: Trimbos-instituut.

  17. Rijnberk, C. & Overbeek, M. (2020). Ouderschap en gezinsfunctioneren. In: Mulder, N., Weeghel, J. van, Delespaul, P., Bovenberg, F., Berkvens, B., Leeman, E., Kroon, H., Mierlo, T. van & Kienhorst, G., Netwerkpsychiatrie. Samenwerken aan herstel en gezondheid. Amsterdam: Boom uitgevers; Rooijen, K. van, Zoon, M. & Berg-le Clercq, T. (2019). Wat werkt voor kinderen van ouders met psychische problemen. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut.

  18. Romijn, G., Graaf, I. de & Jonge, M. de (2010). Kwetsbare kinderen. Literatuurstudie over verhoogde risicogroepen onder kinderen van ouders met psychische of verslavingsproblemen. Utrecht: Trimbos-instituut.

  19. Brennan, P.A., Hammen, C., Andersen, M.J., Bor, W., Najman, J.M. & Williams, G.M. (2000). ‘Chronicity, Severity, and Timing of Maternal Depressive Symptoms: Relationships with Child Outcomes at Age 5. In: Developmental Psychology, 36(6), pp. 759-766.

  20. Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming (2023). KOPP/KOV.

  21. Battink, M. & Plaggenhoef, W. van (2022). Relatie tussen scheidingen, ggz-gebruik en jeugdzorggebruik. Utrecht: Significant Public.

  22. CBS (2021). Iets meer kinderen maakten scheiding mee. Iets meer kinderen maakten scheiding mee | Jeugdmonitor (cbs.nl), laatst geraadpleegd op: 31-10-2023.

  23. Valk, I. van der & Rejaän, Z. (2020). ‘Kennis over scheiding.’ In: JSW, nr. 3, pp. 6-9.; Amato, P. R. (2001). ‘Children of Divorce in the 1990s: An update of the Amato and Keith (1991) meta-analysis.’ In: Journal of Family Psychology, 15, 355-370. doi:10.37//0893- 3200.15.3.355.; Amato, P. R. (2010). ‘Research on divorce: Continuing trends and new developments.’ In: Journal of Marriage and Family, 72, 650-666. doi:10.1111/j.1741-3737.2010.00723.x.

  24. Valk, I. van der & Rejaän, Z. (2020). ‘Kennis over scheiding.’ In: JSW, nr. 3, pp. 6-9.

  25. Battink, M. & Plaggenhoef, W. van (2022). Relatie tussen scheidingen, ggz-gebruik en jeugdzorggebruik. Utrecht: Significant Public.

  26. Heuvel, L. van den, Hopman, M. & Harnam, G. (2020). Ongehoord! De onzichtbaarheid van kinderen bij huisvestingsproblemen. Den Haag: Kinderombudsman.

  27. Adrianow, S. (1989). Van wieg tot wooneenheid: Een inventariserend onderzoek naar de woonsituatie van kinderen en jongeren. Delft University of Technology.

  28. Leventhal, T. & Newman, S. (2010). ‘Housing and child development.’ In: Children and Youth Services Review, 32(9), pp. 1165-1174.

    Evans, G. W. (2006). ‘Child Development and the Physical Environment.’ In: Annual Review of Psychology, 57(1), pp. 423-451.

    Dockery, M., Kendall, G., Li, J., Mahendran, M., Ong, R. & Strazdins, L. (2010). Housing and children’s development and wellbeing: a scoping study. AHURI Final Report No. 149. Melbourne: Australian Housing and Urban Research institute Limited.

  29. Fafieanie, V., Hummel, N. van, Kraak, A. & Yperen, T. van (2020). Naar school in tijden van corona. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut, p. 5.

  30. Ministerie van Binnenlandse zaken en Werkgelegenheid (2023). Het statistisch woningtekort nader uitgelegd, laatst geraadpleegd op: 31-10-2023.

  31. Rli (2022). Onderdak bieden. Sturen op prestaties van woningcorporaties. Den Haag: Raad voor de leefomgeving en infrastructuur.

  32. Woononderzoek Nederland, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  33. Gemeente Amsterdam, stadsdeel Nieuw-West (2022). Samen Nieuw-West. Waarom een Masterplan? Een analyse van Nieuw-West. Amsterdam: Gemeente Amsterdam.

  34. Nederlands Jeugdinstituut (2023). Cijfers over armoede in gezinnen. Verkregen via: https://www.nji.nl/cijfers/armoede-gezinnen#minderjarige-kinderen-met-risico-op-armoede, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  35. Commissie sociaal minimum (2023). Een zeker bestaan. Naar een toekomstbestendig stelsel van het sociaal minimum.

  36. Huston, A.C. & Bentley, A.C. (2010). ‘Human development in societal context.’ In: The annual review of psychology, p. 61, pp. 411-437.

  37. Ibidem.

  38. McLoyd, V., Mistry, R.S. & Hardaway, C.R. (2014). Poverty and Children’s development. Familial processes as mediating influences. In: Gershoff, E.T., Mistry, R.S., Crosby, D.A., Societal contexts of child development: Pathways of influence and implications for practice and policy. Oxford: Oxford University Press; Pascoe, J.M., Wood, D. L., Duffee, J.H. & Kuo, A. (2016). ‘Mediators and adverse effects of child poverty in the United States.’ In: Pediatrics, 137(4), pp. 1-17.

  39. WRR (2017). Weten is nog geen doen. Den Haag: Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.; RVS (2022). Van schuld naar schone lei. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving, p. 24.

  40. Duinkerken G., Wesdorp, P. & Jungman, N. (2015). De eindjes aan elkaar knopen. Utrecht: Lectoraat Schulden en Incasso.

  41. RVS (2022). Van schuld naar schone lei. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving, p. 24; RVS (2021). Gezichten van een onzeker bestaan. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.

  42. CBS (2020). Schuldenproblematiek in beeld. Huishoudens met geregistreerde problematische schulden 2015-2018. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek, p. 28.

  43. Bennema, S. & Bakker, R. (2020). De sociale omgeving van jeugdzorgjongeren. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.

  44. Besemer, S., Ahmad, S.I., Hinshaw, S.P. & Farrington, D.P. (2017). ‘A systematic review and meta-analyses of the intergenerational transmission of criminal behavior.’ In: Agression and Violent Behavior, 37; NWO (2017). Kinderen van criminele ouders lopen grote kans zelf crimineel te worden. Verkregen via: https://www.nwo.nl/nieuws/kinderen-van-criminele-ouders-lopen-grote-kans-zelf-crimineel-te-worden, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  45. Bennema, S. & Bakker, R. (2020). De sociale omgeving van jeugdzorgjongeren. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.

  46. Ibidem.

  47. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, p. 184.

  48. Ibidem.

  49. Comité voor de rechten van het kind (2013). Algemeen commentaar no. 14 (2013) over het recht van het kind zijn belangen de eerste overweging te laten zijn (art. 3, eerste lid).

  50. Defence for Children (z.d.). Voorbehouden. Ratificatie VN-Kinderrechtenverdrag. Verkregen via: https://www.defenceforchildren.nl/kinderrechten/voorbehouden/, laatst geraadpleegd op 13-11-2023.

  51. Wild, R. de, Jonker, M., Loon-Dikkers, L. van & Lünnemann, K. (2021). Kinderen missen zelfstandig recht op sociale zekerheid. Utrecht: Verwey Jonker Instituut.

  52. Ibidem.

  53. Committee on the Rights of the Child (16 february 2022). Concluding observations on the combined fifth and sixth periodic reports of the Netherlands. CRC/C/NLD/CO/5-6. Verkregen via: https://www.unicef.nl/files/Aanbevelingen-KRComite-2022.pdf, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  54. Zie o.a.: Wiersma, M. & Kooi, C. van der (2017). Alle kinderen kansrijk. Het verbeteren van de ontwikkelingskansen van kinderen in armoede. Den Haag: Kinderombudsman; Vreeburg, E., Verheul, R. & Lagerwerf, R. (2017). Nederlandse kinderen ontkoppeld. Als de verblijfsstatus van je ouders je levensstandaard bepaalt. Den Haag: Kinderombudsman.

  55. Comité voor de rechten van het kind (2013). Algemeen commentaar no. 14 (2013) over het recht van het kind zijn belangen de eerste

    overweging te laten zijn (art. 3, eerste lid).

  56. Committee on the Rights of the Child (2022). Concluding observations on the combined fifth and sixth periodic reports of the Netherlands. CRC/C/NLD/CO/5-6. Verkregen via: https://www.unicef.nl/files/Aanbevelingen-KRComite-2022.pdf, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  57. CBS (2021). Landelijke jeugdmonitor 2021. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek; CBS (2022). Landelijke jeugdmonitor 2022. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.

  58. RVS (2022). Van schuld naar schone lei. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving, p. 24.

  59. CBS (2020). Schuldenproblematiek in beeld. Huishoudens met geregistreerde problematische schulden 2015-2018. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.

  60. Schonewille, G. & Crijnen, C. (2018). Financiële problemen 2018. Geldzaken in de praktijk 2018-2019 deel 1. Utrecht: Nibud, p. 25.

  61. CBS (2021). Kosten van kinderen naar één- en tweeverdieners, 2015. Verkregen via: https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2021/01/kosten-van-kinderen-naar-een-en-tweeverdieners-2015, laatst geraadpleegd op 13/11/2023.

  62. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (21 juli 2021). Kamerbrief Voorbehoud op artikel 26 IVRK. 2021-0000105151. Verkregen via: https://open.overheid.nl/documenten/ronl-ad2a846a-4b6b-45f1-92b1-9b65efad1ea3/pdf. Laatst geraadpleegd op 14/11/2023.

  63. Stichting BKR (25 juni 2021). Schaamte houdt financiële problemen te lang achter de voordeur. Verkregen via: https://www.gemeente.nu/sociaal/schuldhulp/schaamte-houdt-financiele-problemen-te-lang-achter-de-voordeur/, laatst geraadpleegd op: 14/11/2023.

  64. Lijzenga, J. & Elferink, V. (2022). Voorrang bij toewijzing sociale huurwoningen 2021. Arnhem: Companen.

  65. Ibidem.

  66. Wewerinke, D., Schel, S., Kuijpers, M., Vries, J. de & Doorn, L. van (2023). Iedereen telt mee! Resultaten eerste ETHOS-telling van dak- en thuisloosheid in regio Noordoost-Brabant. Utrecht: Hogeschool Utrecht.

  67. Kraniotis, L. & Jong, W. de (24 april 2021). Sociale huurwoning? In zeker een kwart van de gemeenten wacht je meer dan 7 jaar. NOS. Verkregen via: https://nos.nl/op3/artikel/2377995-sociale-huurwoning-in-zeker-een-kwart-van-de-gemeenten-wacht-je-meer-dan-7-jaar, laatst geraadpleegd op 14-11-2023.

  68. Heuvel, L. van den, Hopman, M., Jong, Z. de, Jonge, H. de, Tuzgöl, A., Vries, J. de & Wilke, I. (2023). Als de overheid niet thuis geeft... Een onderzoek naar de realisatie van mensen- en kinderrechtelijke verplichtingen van de overheid bij uithuiszettingen van gezinnen in kwetsbare situaties. Den Haag: Kinderombudsman/Nationale ombudsman.

  69. Gesprek tijdens het moederontbijt in Amsterdam.

  70. Groen, A., Horssen, C. van & Veerman, N. (2022). Rondkomen en betalingsproblemen. Ervaringen van Nederlandse huishoudens in onzekere tijden. Utrecht: Nibud.

  71. Gesprek met cursisten van de herstelacademie.

  72. Everts, S., Amelsvoort, T. van & Leijdesdorff, S. (2022). ‘Mandatory Check for COPMI in Adult Mental Healthcare Services in the Netherlands-A Quantitative and Qualitative Evaluation.’ In: Frontiers in psychiatry, 13, 807251.

  73. Gesprekken met professionals uit de zorg.

  74. Everts, S., Amelsvoort, T. van & Leijdesdorff, S. (2022). ‘Mandatory Check for COPMI in Adult Mental Healthcare Services in the Netherlands-A Quantitative and Qualitative Evaluation.’ In: Frontiers in psychiatry, 13, 807251.

  75. Van Doesum, T., Gee, A. de, Bos, C. & Zanden, R. van der (2019). Factsheet KOPP/KOV: Een wetenschappelijke

    onderbouwing van de cijfers. Utrecht: Trimbos-instituut.

  76. Petilon, N., Doesum, K. van & Windmeijer, P. (2010). ‘De vergeten kinderen van ouders met psychiatrische problemen komen in beeld in 20 jaar KOPP praktijk.’ In: Tijdschrift voor gezondheidswetenschappen, 88(5), pp. 222-223.

  77. Augeo (2013). Handleiding kindcheck. Voor GGZ en verslavingszorg. Zeist: Augeo.

  78. Ibidem.

  79. Everts, S., Amelsvoort, T. van & Leijdesdorff, S. (2022). ‘Mandatory Check for COPMI in Adult Mental Healthcare Services in the Netherlands. A Quantitative and Qualitative Evaluation.’ In: Frontiers in psychiatry, 13, 807251.

  80. Ibidem.

  81. Gesprekken met professionals uit de zorg.

  82. Gesprek met KOPP/KOV-functionaris.

  83. Gesprekken met professionals uit de zorg.

  84. Rijksoverheid (2023). Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028, p. 18.

  85. Putnam, R.D. (2000). Bowling Alone. New York: Simon and Schuster.

  86. Ibidem.

  87. Tersteeg, A. & Albeda, Y. (2018). Beyond the middle classes. Neighbourhood choice and satisfaction in hyper-diverse contexts. In: Oosterlynck, S., Verschraegen, G. & R. van Kempen (red.), DIVERCITIES. Understanding super-diversity in deprived and mixed neighbourhoods. Bristol: Policy Press.

  88. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  89. Granovetter, M.S. (1973). ‘The Strength of Weak Ties.’ In: American Journal of Sociology, 78(6), pp. 1360-1380. https://doi.org/10.2307/2776392

  90. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  91. Welschen, S. (2019). ‘Informele partijen zijn hulpverleningsgids voor wantrouwende Amsterdammers.’ In: Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.

  92. Snel, E., Boom, J. de, Bockhove, M. van & Engbersen, G. (2021). ‘Sociaal kapitaal als bescherming tegen de mentale gevolgen van COVID-19.’ In: Mens & Maatschappij, 96 (2), pp. 213-241; Putnam, R.D. (2007). ‘E Pluribus Unum: Diversity and community in the twenty-first century.’ In: Scandinavian Political Studies, 30(2), pp. 137-174.

  93. Vrooman, C., Boelhouwer, J., Iedema, J. & Torre, A. van der (2023). Eigentijdse ongelijkheid. De postindustriële klassenstructuur op basis van vier typen kapitaal. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  94. Ibidem.

  95. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  96. Ibidem.

  97. Bucx, F., Eggink, E. & Klerk, M. de (2023). Meer zicht op ouders. Zorgen, problemen en hulpbronnen van ouders van minderjarige kinderen. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  98. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  99. Ibidem.

  100. Ibidem.

  101. Hoex, J., Vlaardingerbroek, S., Balledux, M., Speentjes, P. & Vink, C. (2022). Opgroeien doe je samen. Bouwen aan een stevige pedagogische basis. Utrecht: NJI.

  102. Tweede Kamer, vergaderjaar 2012/2013. Kamerstukken, 33684, nr. 3, p. 30.

  103. RVS (2022). Anders leven en zorgen. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.

  104. Roos, S. de, Bucx, F. & Berg, E. van den (2021). Sociale netwerken van ouders. Steun bij de opvoeding en andere ouderschapstaken. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.

  105. Vosselman, M. & Steenmeijer, J. (2022). Handreiking informele steun. Samenwerkende beroepsverenigingen.

  106. UMC Utrecht (z.d.). Netwerkintake. Verkregen via: https://www.umcutrecht.nl/nl/netwerk-intake, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  107. RACT (z.d.). Wat zijn resourcegroepen? Verkregen via: https://ract.nl/over-ract/, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  108. Academie van de stad (z.d.). Springlevend wonen. Verkregen via: https://academievandestad.nl/themas/springlevendwonen/, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  109. Trudo (z.d.). Voorrang via inplaatsing in Woensel-West. Verkregen via: https://www.trudo.nl/ik-zoek/huurwoning/inplaatsing, laatst geraadpleegd op 10-11-2023.

  110. Canoy, M., Smelik, J. & Ham, M. (red.) (2023). Zorgzame buurten. Inspirerende initiatieven die het systeem trotseren. Nederland Zorgt voor Elkaar / Vilans / Movisie.

  111. Welschen, S., Lucas, P. & Hoijtink, M. (2021). Sociaal schaduwwerk in een wijk in Amsterdam Zuidoost. Een onderzoek naar ‘informele sociaal werkpraktijken’ in Holendrecht. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam, p. 1.

  112. Canoy, M., Smelik, J. & Ham, M. (red.) (2023). Zorgzame buurten. Inspirerende initiatieven die het systeem trotseren. Nederland Zorgt voor Elkaar / Vilans / Movisie.

  113. Welschen, S. (2019). ‘Informele partijen zijn hulpverleningsgids voor wantrouwende Amsterdammers.’ In: Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, 24 april 2019.

  114. Albeda, Y., Swan, S. & Swildens. W. (2023) Op weg naar herstel met formele en informele steunstructuren. Rotterdam: Hogeschool Inholland; Welschen, S., Lucas, P. & Hoijtink, M. (2021). Sociaal schaduwwerk in een wijk in Amsterdam Zuidoost. Een onderzoek naar ‘informele sociaal werkpraktijken’ in Holendrecht. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam.

  115. Welschen, S., Lucas, P. & Hoijtink, M. (2021). Sociaal schaduwwerk in een wijk in Amsterdam Zuidoost. Een onderzoek naar ‘informele sociaal werkpraktijken’ in Holendrecht. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam, p. 1.

  116. Lucas, P., Hoijtink, M., Welschen, S. & Veldboer, L. (2021). ‘Naast ervaringskennis moeten we ook ‘nabije kennis’ erkennen.’ In: Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, 21 december 2021.

  117. Albeda, Y., Swan, S. & W. Swildens (2023). Op weg naar herstel met formele en informele steunstructuren. Rotterdam: Hogeschool Inholland.

  118. Ibidem.

  119. Canoy, M., Smelik, J. & Ham, M. (red.) (2023). Zorgzame buurten. Inspirerende initiatieven die het systeem trotseren. Nederland Zorgt voor Elkaar / Vilans / Movisie.

  120. Karsten, L., Lupi, T. & Stigter-Speksnijder, M. (2012). ‘The middle classes and the remaking of the suburban family community: evidence

    from the Netherlands.’ In: Journal of Housing and the Built Environment, 28(2), pp. 257-271.

  121. Albeda, Y., Avest, D. ter & Breugel, I. van (2022). Superdiversiteit en sociale bindingen in de buurt. In: Snel, E., Geurs, R. & Permentier, M., Zicht op leefbaarheid. Tien essays over leefbaarheid in Rotterdamse wijken. Rotterdam: Kenniswerkplaats leefbare wijken.

  122. Uyterlinde, M., Brock, A., Vries, S. de & J. Verloove (2023). Bijlage 1: literatuurstudie. Kennen is het niet, maar we komen elkaar hier wel tegen. Utrecht: Kennisplatform Inclusief Samenleven.

  123. RVS (2021). Ruimte maken voor ontmoetingen. De buurt als sociale leefomgeving. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.

  124. Engbersen, R. (2021). Stap uit de inclusiekramp. Herwaardeer zelforganisatie. Utrecht: Movisie. Verkregen via: https://www.movisie.nl/artikel/stap-uit-inclusiekramp-herwaardeer-zelforganisatie, laatst geraadpleegd op 03-11-2023.

  125. Logger, J. & Avest, D. ter (2021). Katendrecht als archipel van enclaves. Een publieke ontmoetingsplek in een gefragmenteerde wijk. In: Walraven, G. & Albeda, Y. (red.), Werken aan een meer rechtvaardige stad. De bijdrage van praktijkgericht onderzoek aan maatschappelijke opgaven. Rotterdam: Hogeschool Inholland, pp. 43-62.

  126. Ibidem.

  127. Engbersen, R. (2021). Stap uit de inclusiekramp. Herwaardeer zelforganisatie. Utrecht: Movisie. Verkregen via: https://www.movisie.nl/artikel/stap-uit-inclusiekramp-herwaardeer-zelforganisatie, laatst geraadpleegd op 03-11-2023.

  128. Ibidem.

  129. Zie ook Engbersen, R. & Janssen, J. (2022). ‘Laten we uit de inclusiekramp komen.’ In: Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.

  130. Rijnders, M., Jans, S., Aalhuizen, I., Detmar, S. & Crone, M. (2019). ‘Women-centered care: implementation of CenteringPregnancy in The Netherlands.’ In: Birth 46; Kweekel, L., Gerrits, T., Rijnders, M. & Brown, P. (2017). ‘The role of trust in CenteringPregnancy: building interpersonal trust relationships in group-based prenatal care in The Netherlands.’ In: Birth 44:1.

  131. Kweekel, L., Gerrits, T., Rijnders, M. & Brown, P. (2017). ‘The role of trust in CenteringPregnancy: building interpersonal trust relationships in group-based prenatal care in The Netherlands.’ In: Birth 44:1

  132. Ibidem.

  133. Wagijo, M., Crone, M., Bruinsma-van Zwicht, B., Lith, J. van, Billings, D.L. & Rijnders, M. (2023). ‘Contributions of CenteringPregnancy to women’s health behaviours, health literacy, and health care use in the Netherlands.’ In: Preventive Medicine Reports, vol. 35.

  134. Rijnders, M., Jans, S., Aalhuizen, I., Detmar, S. & Crone, M. (2019). ‘Women-centered care: implementation of CenteringPregnancy in The Netherlands.’ In: Birth 46; Kweekel, L., Gerrits, T., Rijnders, M. & Brown, P. (2017). ‘The role of trust in CenteringPregnancy: building interpersonal trust relationships in group-based prenatal care in The Netherlands.’ In: Birth 44:1.

  135. Stichting Centering Nederland (z.d.). Handreiking Implementatie CenteringOuderschap, verkregen via: https://centeringzorg.nl/2023/04/26/handreiking-implementatie-centeringouderschap/, laatst geraadpleegd op 03-11-2023.

  136. Tweede Kamer, vergaderjaar 2022/2023. Kamerstukken II, 3626552-1050315-DMO, p. 9.

  137. Schrooten, M., Thys, R. & Debruyne, P. (2019). Sociaal Schaduwwerk. Over informele spelers in het welzijnslandschap. Brussel: Politeia.

  138. Welschen, S., Lucas, P., Hoijtink, M. & Veldboer, L. (2020). Licht op Sociaal Schaduwwerk. Literatuurstudie naar (Nederlandse) informele sociaalwerkpraktijken die plaatsvinden onder de radar. Amsterdam: Hogeschool van Amsterdam/Werkplaats sociaal domein, p.*nbsp;8.

  139. RVS (2022). Anders leven en zorgen. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.

  140. RVS (2022). Van schuld naar schone lei. Den Haag: Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.